Terug

Zoek het werkwoordelijk gezegde of naamwoordelijk gezegde [1]

Zoek het werkwoordelijk gezegde of naamwoordelijk gezegde [1]

 
  1. Ik heb Arne toch gefeliciteerd met zijn verjaardag.
  2. Ik heb Arne toch gefeliciteerd met zijn verjaardag.
  3. Ik heb Arne toch gefeliciteerd met zijn verjaardag.
  4. Ik heb Arne toch gefeliciteerd met zijn verjaardag.
In welke zin is het dikgedrukte deel het werkwoordelijk gezegde?
A B C D