Terug

Zoek de voegwoorden [2]

Zoek de voegwoorden [2]

 
  1. De jongens renden hard, alsof er iemand achter hen aan zat.
  2. De jongens renden hard, alsof er iemand achter hen aan zat.
  3. De jongens renden hard, alsof er iemand achter hen aan zat.
  4. De jongens renden hard, alsof er iemand achter hen aan zat.

In welke zin is het dikgedrukte woord een voegwoord?

A B C D